Eerlijk
gezegd hebben we vandaag wel wat gesmokkeld en ook flinke stukken Interstate
gereden. Bijna het gehele tracé van
Route 66 door de ‘panhandle’ van Texas
loopt als een soort ‘ventweg’ vrijwel parallel aan de Interstate. Er zijn wel
enkele oudere stukken maar die zijn met een camper niet te berijden. Al met al
maakt het voor het landschap niet zoveel uit of je de Interstate neemt of niet.
Dat landschap strekt zich als een enorme vlakte uit, zover als het oog reikt. Soms is het land in cultuur gebracht en zie je vee grazen, soms rijd je letterlijk door de prairie. Hoewel de ventweg naast de snelweg wel noodt tot onthaasten, geeft het toch niet het echte Route66-gevoel.
Het stuk van Groom, via Conway naar exit 89 vonden we wel de moeite waard.
Dat landschap strekt zich als een enorme vlakte uit, zover als het oog reikt. Soms is het land in cultuur gebracht en zie je vee grazen, soms rijd je letterlijk door de prairie. Hoewel de ventweg naast de snelweg wel noodt tot onthaasten, geeft het toch niet het echte Route66-gevoel.
Het stuk van Groom, via Conway naar exit 89 vonden we wel de moeite waard.
We beginnen
de dag in McLean, bij het prikkeldraadmuseum. Hoewel alle verschillende soorten
prikkeldraad voor ons niet zo interessant zijn, hebben we er wel geleerd dat
die omheiningen en de karakteristieke windmolentjes het mogelijk maakten de
prairies om te werken tot vruchtbaar land, waar het vee door de omheining werd
tegengehouden en onverlaten er niet gemakkelijk in konden.
In het museum is ook
een kleine maar interessante foto-expositie over de Dustbowl, de stofstormen en
jarenlange droogte in de dertiger jaren. Omdat er niets meer groeide en er geen
werk meer was, trokken tienduizenden mensen naar het Westen over – jawel – de
Route66. Indrukwekkend om te zien.
Onderweg naar Amarillo komen we door verlaten plaatsjes waar sommige signs en oude benzinestations aan betere tijden herinneren en andere fraai gerestaureerd zijn.
Een
bezoek aan Amarillo kan niet zonder een stop bij The Big Texan, een enorm Steakhouse met
bijbehorend hotel. Als je een steak van 72 oz, oftewel ruim 2 kilo, binnen het
uur kunt eten, hoef je niet te betalen. Daar hebben we ons niet aan gewaagd
maar een lunch-portie in de enorme maar toch wel gezellige eetzaal kunnen we
niet weerstaan.
Voor het echte Texasgevoel nemen we ook nog een kijkje in een
enorme winkel met Western kledij. De laarzen en hoeden staan er met duizenden voor
het uitzoeken.
Even
voorbij Amarillo vinden we de Cadillac ranch. Een steenrijke
Texaan stelde in 1974 een kunstenaarscollectief in staat als kunstwerk tien
Cadillacs op zijn land half in te graven. Sindsdien mag iedereen zich er naar
hartenlust op uitleven met een spuitbus verf.
Via de
Interstate rijden we vervolgens naar Adrian en aansluitend naar Tucumcari in
New Mexico. Daar verandert het landschap weer en zien we in de vlaktes de
eerste tafelbergen verschijnen.
Bij het
Blue Swallow Motel kopen we een fotoboek van Route66.
Een plaatsje voor de nacht vinden we op de Kiva-camping, annex motel.
En weer valt ons op hoe vriendelijk iedereen is, van de mevrouw in het prikkeldraadmuseum tot de uitbater van het Midpointcafé en van de eigenaresse van het Blue Swallow Motel tot de baas van de kleine camping, iedereen wil het ons naar de zin maken en is bereid tot een praatje.
Een plaatsje voor de nacht vinden we op de Kiva-camping, annex motel.
En weer valt ons op hoe vriendelijk iedereen is, van de mevrouw in het prikkeldraadmuseum tot de uitbater van het Midpointcafé en van de eigenaresse van het Blue Swallow Motel tot de baas van de kleine camping, iedereen wil het ons naar de zin maken en is bereid tot een praatje.
We zijn
nu bij kilometer 2122; nog 1915 te gaan.